Er moet voldoende teenruimte zijn en de schoen moet breed genoeg zijn, de schoen mag ook niet te los zitten aan de tenen.

Het voorste derde van de schoen moet ongeveer 10° buigzaam zijn. De voorvoet moet kunnen plooien bij de afstoot om het lichaam naar voor te kunnen bewegen. Dit gedeelte mag niet te hard zijn (plateauzool), ook niet te soepel.

Het achterste derde van een schoen mag niet te buigzaam zijn. Test: plaats één hand aan de neus van de schoen en het andere aan de hiel, dit mag je niet kunnen torsen. Het bovenwerk van de schoen mag niet te soepel zijn.

De hiel moet goed gesteund zijn. Test: neem de contrefort tussen duim en wijsvinger vast, deze mag je niet kunnen samendrukken.

Voor dames is een maximum hak van 3 cm toegelaten (ongeveer 2 vingers dik). Te hoge hakken veranderen jouw volledige statiek.